Hoe werkt een Circulatiepomp?
De circulatiepomp die wordt gebruikt in een verwarmingsinstallatie is een zogenaamde centrifugaalpomp. Dit is dus een pomp die het opgewarmde water verpompt met behulp van een draaiend rad, een rotor of een waaier.
Dit verwarmde water wordt dan van de ketel naar de radiatoren gepompt en op het moment dat het water weer is afgekoeld zal het naar de ketel worden teruggevoerd om opnieuw te worden verwarmd.
Circulatiepomp met scheidingsbus
Bij een dergelijke circulatiepomp is de waaier direct aan de rotor van de elektromotor gekoppeld. Hierbij is een scheidingsbus aangebracht tussen het rotor- en het statorgedeelte waardoor het vloeistofgedeelte zonder asdoorvoer volledig zal zijn opgesloten. De circulatiepomp is dus lekvrij doordat deze pakkingbusloos is. Het ronddraaiende gedeelte wordt gelagerd in binnenliggende glijlagers die vloeistofgesmeerd zijn en daardoor alleen maar geschikt voor niet vervuilde vloeistoffen zoals bijvoorbeeld leidingwater. Bij een circulatiepomp zijn de zuig- en persaansluiting in de meeste gevallen in-lined, dat wil dus zeggen in dezelfde richting geplaatst.
Circulatiepomp motor
De motor van een circulatiepomp is een condensatiemotor. Dit is de meest voorkomende éénfase-inductiemotor. Een dergelijk motor beschikt over één hoofdwikkeling en één hulpwikkeling die over 90 graden verschoven zijn. Deze faseverschuiving van 90 graden tussen de twee wikkelingen wordt gerealiseerd door de condensator die is aangebouwd. Deze voedt de hulpwikkeling en wordt op het éénfase-wisselstroomnet aangesloten. De gebruikte condensator dient altijd een elektrolytische condensator te zijn.
Vandaag de dag zijn de circulatiepompen in een groot aantal gevallen uitgerust met drie snelheden namelijk toerentallen van 2766 rpm, 2651 rpm en 2297 rpm. De afkorting rpm staat hierbij voor rotaties per minuut.
