Een spaarlamp is een energiezuinig alternatief voor de conventionele energie verkwistende gloeilamp. Zeker in de beginjaren van de spaarlamp was de keuze nog zeer beperkt. Men kon slechts kiezen uit een beperkt aantal sterktes. Dimbare spaarlampen waren toen zelfs nog helemaal niet verkrijgbaar.
Het grote probleem met spaarlampen is ook nu nog steeds dat de dimbaarheid niet altijd mogelijk is. Inmiddels zijn er toch een aantal merken die dimbare spaarlampen op de markt hebben gebracht. In tegenstelling tot de gewone spaarlampen kan men deze lampen op een traploze wijze dimmen met behulp van een klassieke dimmer.
Deze spaarlampen kunnen traploos dimmen van 10% tot 100% zonder dat er vertragingen op zullen treden en zijn op uitstekend elke diminstallatie toe te passen. De verwezenlijking van een eigen verlichtingsatmosfeer is nu in handen van de bezitter van de dimbare spaarlampen. Men moet er wel rekening mee houden dat men geen dimbare spaarlamp koopt alleen maar om energie te besparen. Wanneer men een spaarlamp steeds moet dimmen is het wellicht verstandiger om direct een spaarlamp te gebruiken met een de juiste lichtsterkte en vermogen. Bovendien bespaart het dimmen van een (spaar)lamp niet zoveel als men wel denkt. Door 50% te dimmen kan men amper 20% besparen op energie. Tests is gebleken dat 75% dimmen nog altijd goed is voor een stroomverbruik van 70%, in plaats van de 25% die men hierbij zou verwachten.
Wel is het zo dat een dimbare spaarlamp prima tot zijn recht kom in een verlichting. Wil men daarom zeker zijn dat de spaarlamp kan worden gedimd dan dient men te letten of het dimlogo op de lamp staat of dat er duidelijk op de verpakking “DimmerAble” staat aangegeven.
