De kosten van de stroom die door middel van zonne-energie is opgewekt zijn iets hoger dan die van de conventionele (= grijze) stroom. In het jaar 2010 kost een kWh grijze stroom zo’n 24 eurocent. Bij stroom opgewekt door zonnepanelen is dit circa 28 eurocent per kWh. Het licht van de zon zelf kost uiteraard helemaal niets, maar de aanschaf en het onderhoud van de zonnepanelen vragen echter wel om een aanzienlijke investering. Wanneer men alle kosten over de opbrengst (in kWh) tijdens de 25 werkzame jaren van zonnepanelen deelt dan zal daar de prijs per KWh uitkomen.
Bij de 28 eurocent heeft men al rekening gehouden met de gemiddelde aankoopprijs van 4,25 euro per wattpiek en de kosten voor het onderhoud (1 procent van de aanschaf van de zonnepanelen per jaar). Door het onvoorspelbare karakter zijn eventuele stijgingen van elektriciteitsprijzen niet meegenomen in de berekening evenmin als de eventuele spaarrente die de aanschafprijs zou opbrengen op het moment het geld gedurende 25 jaar zou worden gespaard. Stijgt de elektriciteitsprijs dan zal dit leiden tot een verlaging van de prijs per kWh. Men heeft dan immers de panelen dan sneller terugkunnen verdienen. Indien de spaarrente wel wordt meegerekend dan zal de tijd waarin men de investering heeft terugverdiend stijgen en daardoor ook de prijs per kWh.
Vandaag de dag is nog onmogelijk om de kosten van de aanschaf van zonnepanelen enkel terug te kunnen verdienen door besparingen op de energienota’s. Door de zogenaamde Subsidie Duurzame Energieproductie (SDE) zijn zonnepanelen wel aantrekkelijker geworden om aan te schaffen. Onder bepaalde voorwaarden geeft de SDE namelijk een vergoeding voor de stroom die zonnepanelen leveren aan het openbare lichtnet. Het is dus geen subsidieregeling die de aanschaf van de zonnepanelen zelf voordeliger maakt.