kW is de afkorting die wordt gebruikt voor kiloWatt. Hiermee kan het vermogen van een apparaat en dus ook van een windturbine worden aangeduid. De eenheid is vernoemd naar James Watt, een Schots ingenieur en uitvinder. Naarmate een windturbine meer kW kan produceren is de opbrengst aan elektriciteit ook groter. Dit is af te leiden uit de natuurkundige formule: P = U x I. Hierbij staat ‘P’ symbool voor het vermogen, ‘U’ voor de spanning en ‘I’ staat voor de stroomsterkte.
De kleine windturbines, die door bedrijven of particulieren worden gebruikt om in (een gedeelte) hun eigen energiebehoefte willen voorzien, hebben een aanzienlijk lager vermogen dan een windturbine zoals gebruikt wordt op een windpark dat bedoeld is om voor commerciële doeleinden elektriciteit op te wekken. Deze windturbines krijgen te maken met gigantische hoeveelheden die dan ook energie leveren aan een groot gebied.
Spreekt men bij de kleinere windturbines nog van kW (dus kiloWatt), bij de commerciële exemplaren ligt het vermogen al snel op een aantal MW (MegaWatt). Hierbij dient men te bedenken dat 1 MegaWatt gelijk staat aan 1 miljoen Watt en dat 1 kiloWatt 1000 Watt omvat.
Het vermogen van een windturbine kan dus enorm verschillen afhankelijk van de toepassing waarvoor deze wordt gebruikt. Dit neemt echter niet weg dat het vermogen van een kleine windturbine niet gevaarlijk (en zelfs dodelijk) kan zijn bij onkundig gebruik van de turbine. De verschillen in de soorten turbines berusten vooral op het verschil in de opgewekte stroom. De spoelen in deze turbines verschillen daarbij ook in grootte en leveren mede hierom een verschillende hoeveelheid energie.