Dat men voor het afnemen van stroom moet betalen zal voor iedereen duidelijk zijn maar dat er veel verschillende tarieven worden gehanteerd door een groot aantal leveranciers van elektriciteit maakt het er voor de consument soms niet echt duidelijker op.
Zo kent men namelijk niet alleen het normale- of dagtarief dat min of meer als een soort standaard tarief voor stroom door een bepaalde leverancier wordt gebruikt. Hiernaast kan men nog gebruik maken van een nacht,- weekend- en dalurentarief. Bij dergelijke tariefsoorten betaald men een lagere prijs per kwh maar wel meer aan het zogenaamde vastrecht. Eveneens blijft men een bepaald percentage energiebelasting en uiteraard BTW over de geleverde stroom betalen.
Elk half jaar passen de meeste leveranciers van elektriciteit hun tarieven aan. Ze baseren deze aanpassing in veel gevallen op de ontwikkelingen op de oliemarkt in de wereld. Stijgt de prijs namelijk van een vat ruwe olie dan zal er meer moeten worden betaald om 1 kWh aan stroom op te kunnen wekken. Deze kostenstijging zal daarom doorberekend worden aan de gebruikers waardoor er eveneens een prijsstijging voor stroom zal komen.
Wordt de stroom echter opgewekt door middel van een duurzame energiebron zoals bijvoorbeeld windenergie dan zal de prijs van een kWh niet gekoppeld zijn aan de prijzen op de oliemarkt. Door steeds betere technieken en de nodige subsidies van de overheid zou de prijs voor deze stroom zelfs de komende jaren kunnen dalen.
Wil men er zeker van zijn dat men gedurende een bepaalde periode niet verrast wordt door onverwachte prijsstijgingen van de stroom dan kan men bij veel leveranciers een zogenaamd vastcontract afsluiten waarin een vaste prijs staat vermeld die men voor een kWh stroom dient te betalen. Dit stroomtarief mag gedurende de contractperiode niet worden gewijzigd en de klant mag niet overstappen naar een andere stroomleverancier.
De tarieven waartegen 1 kWh stroom wordt aangeboden kan niet alleen per aanbieder verschillen in sommige gevallen hanteren leveranciers van elektriciteit zelfs diverse tarieven die onder bepaalde contractuele voorwaarden aan hun klanten worden aangeboden.
Als basis voor een stroomtarief is zijn daar altijd te kosten die moeten worden gemaakt om 1 kWh stroom op te kunnen wekken, op te slaan, te vervoeren en om alle faciliteiten mogelijk te maken die nodig zijn om de levering van stroom zo optimaal mogelijk te maken. Dit si echter niet de prijs die de consument ook daadwerkelijk voor 1 kWh stroom dient te betalen. De overheid heeft namelijk ook nog een percentage BTW en, voor grijze stroom, ook nog een energieheffing verplicht gesteld. De belasting en heffing mag de leverancier van de stroom dus niet zelf houden maar dient deze af te dragen aan de overheid.
De meeste aanbieders van stroom hanteren zowel een normaal- als een laag tarief voor de levering van stroom. Wanneer een consument gebruik wil maken van het aanzienlijk lager daltarief dan zitten daar wel een aantal voorwaarden aan verbonden. Zo dient men een hoger vastrecht te betalen en kan men alleen van dit lage tarief genieten wanneer men tijdens een vastgestelde periode op een dag of in de week stroom gebruikt. Om dit te kunnen registreren heeft de stroomleverancier een dubbele meter geplaatst waarop beide tarieven afzonderlijk kunnen worden gemeten.
Contracten bij stroomaanbieders kunnen niet alleen op basis van dal- en piekuren worden afgesloten maar ook op basis van variabele of vaste stroomprijzen. Bij een variabel contract worden de prijzen meestal twee keer per jaar aangepast terwijl bij het vaste contract, zoals de naam al zegt, de prijzen voor een bepaalde periode worden bevroren onder voorwaarde dat de verbruiker gedurende die periode niet boetevrij naar een concurrent mag overstappen.