Het aanschaffen van een CV-ketel is een beslissing die niet van het ene op het andere moment genomen kan worden. Niet alleen zit men een flink aantal jaren vast aan een dergelijke aankoop maar deze brengt tevens een aanzienlijk kostenplaatje met zich mee.
Zo dient men allereerst bijvoorbeeld te bepalen welk vermogen een ketel nodig heeft om ervoor te kunnen zorgen dat men er ten alle tijden warmpjes bij kan zitten. De capaciteit van een CV-ketel wordt echter door een aantal verschillende factoren bepaald waaronder: – De grootte van de woning die moet worden verwarmd. – De mate waarin deze woning is voorzien van isolatie. Met andere woorden: beschikt de woning over dak- en/of spouwisolatie en dubbele beglazing. – Het type woning waarin de CV-ketel zal worden geplaatst. Een vrijstaande woning zal waarschijnlijk een groter vermogen vragen dan onder andere een tussenwoning of een appartement dat omringd wordt door buren aan alle zijden.
In de regel kan men globaal uitgaan van de volgende richtlijnen: – Een woning met een inhoud van 250 tot 425 kubieke meter heeft een ketel nodig met een vermogen van 22 kW. – Een woning met een inhoud van 425 tot 625 kubieke meter heeft een ketel nodig met een vermogen van 30 kW. – Een woning met een inhoud van 625 tot 900 kubieke meter heeft een ketel nodig met een vermogen van 40 kW. – Een woning met een inhoud van 900 tot 1075 kubieke meter heeft een ketel nodig met een vermogen van 50 kW.
Hierbij moet men echter wel oppassen dat men niet te snel kiest voor een overcapaciteit van de CV-ketel. Dit heeft namelijk niet altijd alleen maar voordelen. In tegendeel zelfs want een Cv-ketel met een overcapaciteit heeft vaak zelfs minder rendement dan een ketel die het juiste vermogen heeft.